Skip to main content

Hoeveel btw op arrangementen?

Hoeveel btw op arrangementen?

Vaak zijn prestaties belast tegen één btw-tarief, stel 21%. Maar wat nu als u deze combineert in een arrangement waarvan sommige onderdelen belast zijn met 9%? Welk tarief brengt u dan in rekening? 

Compleet verzorgde arrangementen zijn in sommige branches erg populair. Bijvoorbeeld een diner in combinatie met een wandeltocht, een fietswedstrijd inclusief drank of een kanovaart met barbecue na afloop. Maar welk btw-tarief moet u dan toepassen en wat besliste de rechter hier nog over? De btw blijft de gemoederen bezighouden, wat nu weer? 

Zelfstandige prestatie of niet?

Uitgangspunt voor de btw is dat iedere prestatie zelfstandig moet worden beschouwd. Bij samengestelde prestaties is het echter de vraag of er sprake is van een of van meerdere prestaties. Het eerste is alleen het geval als de prestaties zozeer met elkaar verbonden zijn dat ze voor de gemiddelde consument één prestatie zijn. Het uit elkaar halen ervan zou dan gekunsteld zijn. Daarnaast is er sprake van één prestatie als er duidelijk sprake is van een hoofddienst en van bijkomende diensten.

Wandelen over de Wallen
De vraag of er sprake was van een of meer prestaties stond onlangs ter discussie voor de Rechtbank Noord-Holland (RBNHO:2019:1020). Een collega van u verzorgde arrangementen met behulp van een rondvaartboot, waarbij er kon worden gegeten, gedronken en desgewenst een wandeling over de Walletjes kon worden gemaakt. Alles onder begeleiding van een gids. Op de prijs van het gehele arrangement had uw collega het lage btw-tarief van (thans 9%) toegepast.

Inspecteur oneens
De inspecteur was het hiermee niet eens en vond dat de btw gesplitst moest worden in prestaties tegen deels een hoog (21%) en deels een laag tarief (destijds 6%).

Indien één tarief, dan 21%. Volgens de rechter was er geen sprake van één prestatie waarop het lage btw-tarief toegepast diende te worden. Een compleet arrangement zoals uw collega aanbood, komt namelijk niet voor onder de prestaties die in het lage tarief vallen. Wel een aantal van de afzonderlijke onderdelen. Bovendien is het lage btw-tarief een uitzondering op het algemene tarief van 21% en moet dit volgens de rechter strikt worden uitgelegd. Zou op het gehele arrangement één tarief moeten worden toegepast, dan zou dit dus het hoge van 21% moeten zijn. 

Hoofdbestanddeel? Daarnaast kon uw collega ook niet aannemelijk maken dat de rondvaart en het eten en drinken als hoofdprestatie moesten worden aangemerkt. De onderdelen van het arrangement waren immers ook los van elkaar te boeken, zodat het bij de gemiddelde consument niet slechts om één onderdeel van het totale arrangement ging. Ook was uitdrukkelijk vastgelegd dat alcoholische dranken apart belast worden tegen 21% en uitgesloten worden van het lage tarief dat voor restauratieve diensten geldt. De naheffing bleef dan ook in stand. 

Belang voor de praktijk

Uit de uitspraak blijkt dat arrangementen voor de btw niet snel als één geheel worden gezien waarop het lage btw-tarief van toepassing is. Zeker niet als de onderdelen ook los te boeken zijn. Dit is anders als er duidelijk sprake is van een hoofdprestatie. Anderzijds hoeft u zichzelf ook niet tekort te doen en het hele arrangement tegen 21% te belasten. U kunt tegen gangbare prijzen op de afzonderlijke onderdelen dus het bijbehorende btw-tarief toepassen.  

 

Conclusie

Een all-inarrangement is als omzet met één btw-tarief lastig te verkopen aan de fiscus, zeker als u de onderdelen ook los verkoopt. Anderzijds hoeft u zichzelf ook niet tekort te doen en alles tegen 21% te belasten. U kunt beter tegen gangbare prijzen op de afzonderlijke onderdelen het bijbehorende btw-tarief toepassen.

Bron: Rendement

Maxol Finance Services
"Onze ervaring op het gebied van fiscale, administratieve, financiële dienstverlening is uw garantie van een goede samenwerking!"